De Maya-route was een begrip op zich en dat werd zo aangeboden door de organisators van avontuurlijke reizen. Lonely Planet had zelfs een aparte reisgids over de route.
Mexico en Guatemala waren de landen, waar het allemaal gebeurde.
De heenvlucht ging naar Mexico-Stad, op dat ogenblik de grootste stad ter wereld. De piramides van Teotihuacan lagen op de reisroute. Van daar ging het naar Oaxaca en de nabijgelegen Zapotekenstad Monte Alban. Dan naar de provincie Chiapas met de geheimzinnige Lacandon-Indianen. Over de grens met Guatemala kwamen we aan in Panajachel en het wondermooie Atitlan-meer, omgeven door vulkanen en twaalf dorpen met de namen van alle apostelen. De markt van Chichicastenango was niet toevallig even kleurrijk als de Swatch-uurwerken met dezelfde naam. In Antigua kwamen we in de voormalige hoofdstad van Guatemala. Tussendoor even de vulkaan Pacaya beklommen in de avondlijke duisternis, kwestie van de lavastromen beter te zien.
Van toen af waren we in echt Maya-gebied: de sites van Quiriga, Tikal, Sayaxché, Aguateca, Yaxchilan, Palenque, Uxmal en Chichen Itza werden achter elkaar afgehaspeld, met enkele leuke tussenstapjes zoals Puerto Barrios en Livingstone, de watervallen van Agua Azul, de opvallend moderne stad Merida op het schiereiland Yucatan of het Isla Mujeres, de backpackers sun-and-beach bestemming met Cancun aan de horizon.
Meteen het eindstation van deze reis.