Peru
Peru
Bolivië
Argentinië
Buenos Aires
Salta
Uyuni
Potosi
Sucre
La Paz
Puno
Cusco
Lima
Takesi
In de zomer van 1999 gebeurde er iets ingrijpends in mijn leven.
In Tirol leerde ik Marijke kennen. Vanaf toen was ik niet meer single. De tijd van de globetrotter was voorbij, voor een aantal jaren althans.
Maar nog één keer zou ik een “grote” reis maken. Van Buenos Aires tot Lima ging ik de “highlights” van Zuid-Amerika aan mekaar rijgen en dat kon toen (en nu nog altijd) met Sawadee. De reis was gepland voor het najaar en zo geschiedde.
Buenos Aires wordt weleens met enige zin van overdrijving het “Parijs van Zuid-Amerika” genoemd. Veel typischer dan de mooie lanen en gebouwen is evenwel de sfeer van de alomtegenwoordige tango. Leuke moderne stad, maar het echte genieten begint voor mij dan toch eerder in de woeste natuur van de Valles Calchaquies, een onvergelijkbaar natuurfenomeen in het noorden van Argentinië.
En dan is Bolivië aan de beurt met het ene hoogtepunt na het andere: de Salar de Uyuni met de beklimming van de vulkaan Tunupa, Potosi met de afdaling in een zilvermijn in de Cerro Rico, de indianenmarkt van Betanzos, de hoogstgelegen hoofdstad ter wereld, La Paz, en ten slotte het inkagebied met de Takesi-trail, Silustani en het Titicacameer.
Titicaca meer
Aan de overkant van het meer bereiken we Puno en daarmee Peru. Het is mijn tweede bezoek aan dit land na een eerste doortocht in 1988. Ik denk dat iedere liefhebber van Latijns-Amerika er wel mee eens zal zijn dat Peru gerust twee bezoeken waard is. Vooral Cusco is niet te versmaden. De Valle Sagrado en het ongeëvenaarde Machu Picchu zijn absolute musts op dit continent. De Inka-trail, zelfs als je alleen het laatst stukje loopt, is natuurlijk dé manier om bij zonsopgang het alomgekende panorama van de Inka-site vanaf de hoge ingangspoort Inti Punku te aanschouwen: de apotheose van een schitterende reis.